ZS-PMax-Fluoriet-1500-x-220-definitief_verdonkerd.jpg

Fossiel van de maand: Schelpen van het oudste strand van Nederland


Meester van der Heijden-groeve Geologisch-monument Nieuw Namen.
afb.1: Meester van der Heijden-groeve Geologisch-monument Nieuw Namen. Foto: Henk Vink
Deze keer in het Fossiel van de maand geen speciaal fossiel of groep fossielen, maar een bijzondere groeve en wel in eigen land. Hoewel; als je aan de achterkant de groeve zou willen verlaten ben je al in België.
Ik wil u meenemen naar de Meester van der Heijdengroeve (sinds 1983 een aardkundig monument) in Nieuw-Namen in het oostelijkste deel van Zeeuws Vlaanderen.
Nieuw-Namen, Gemeente Hulst, ligt samen met Kieldrecht (B) op een 5 á 6 meter hoge zandbult, “Den Hoogen Kauter” genaamd. Vroeger, voor 1858, heette het dorp Kauter.
Als je vanuit Hulst de bult nadert, is hij nauwelijks in het landschap waarneembaar.
Uit een aantal vondsten van vuurstenen werktuigen, zoals pijlpunten en andere resten, heeft men vastgesteld dat op de Kauter al in het Neolithicum (nieuwe steentijd) sprake was van menselijke activiteit en wel uit de Vlaardingen-cultuur (tussen 4.000-3.000 voor Christus). Voor permanente bewoning zijn nog geen bewijzen gevonden.
 
Infopanelen, die in de groeve zijn geplaatst, geven een duidelijk beeld.
afb.2: Infopanelen, die in de groeve zijn geplaatst, geven een duidelijk beeld. Foto: Henk Vink
In de middeleeuwen lag hier het dorp Hulsterloo met een vrij groot klooster dat in 1578 tijdens de Beeldenstorm werd vernield. Daarna was er lange tijd nauwelijks sprake van bewoning.
De Kauter ligt hoog en droog in de zeekleigebieden en na de inpolderingen van de negentiende eeuw, zo rond 1850, werd de bult weer bevolkt en woonden er al zo’n 1000 mensen.
In de zandgroeve die we nu dus kennen als de Meester van der Heijdengroeve werd al in de 17de eeuw zand gewonnen.
Vanaf die tijd is de behoefte aan zand groot, niet voor metselwerk want daar is het ongeschikt voor, maar voor het verharden en ophogen van wegen en erven is het uitstekend geschikt. En zo ontstond er achter de kerk een groeve. In die tijd kwam men al tot de ontdekking dat het hier ging om een bijzondere zandbult.

Het oudste strand van Nederland


Het is nl. zoals we nu weten, de enige plaats in Europa waar de overgang van Plioceen naar Pleistoceen dag-zoomt en is ontsloten. Er kan dus met recht
gesproken worden van het oudste strand van Nederland.
De Nederlandse geoloog W.C.H. Staring heeft in zijn werk “De bodem van Nederland” Deel 2 (1860) de groeve onderzocht en beschreven. Over de fossielen in de groeve zegt hij dat de Pecten de meest voorkomende schelpen zijn. Ook E. Heimans schrijft na zijn bezoek in 1909 aan de Kauter, over de enorme hoeveelheid schelpen die aandeden als een tuinpad. Het had zelfs het aanzien van een zeestrand. Volgens Heimans zou het gaan om 2 soorten kamschelpen(Pecten).
Heimans pleitte er al in 1911 voor om de groeve tot geologisch monument te verheffen.
Tot in de jaren 60 van de vorige eeuw werd er zand gewonnen. Uit een boring in 1962 weten we dat het pakket zand dat daar ligt 25 meter dik is.
De groeve werd niet alleen gebruikt voor de zandwinning maar ook als vuilstortplaats voor afval in alle soorten en maten. In 1963 kwam er een einde aan al deze activiteiten toen de groeve in bezit kwam van Staatsbosbeheer.
In januari 1973 schreef de Provinciaalse Zeeuwse Courant over een wat afgelegen plekje van enkele tientallen vierkante meters dat restte als bezienswaardigheid voor toeristen en belangstellenden in de geologie.
Inmiddels bleek dat de groeve zo goed als vol was gestort met afval.

Geologisch en Natuurkundig reservaat.

In 1983 werd op initiatief van een groep lokale enthousiastelingen de groeve voor een deel “schoongemaakt” en werd de westelijke wand tot een diepte van 5 meter blootgelegd waarbij de oerbanken weer zichtbaar werden. Met een damwand en trappen werd de groeve omgevormd tot een Geologisch en Natuurkundig reservaat.

 
Het aardkundig monument in de jaren ’80 van de vorige eeuw. Rechts  De afgedekte vuilstort.
afb.3: Het aardkundig monument in de jaren ’80 van de vorige eeuw. Rechts De afgedekte vuilstort. Foto: Peter Nicolai


In 2005 was het geheel toe aan een grondige opknap beurt. De palissade die in 1983 was aangelegd om de groeve te scheiden van de vuilstort vertoonde steeds verdergaand verval en ook de houtopslag verwilderde meer en meer.

Herstel was noodzakelijk en in 2010 werd een rigoureuze opknapbeurt ter hand genomen. Staatsbosbeheer wilde de groeve toegankelijker maken voor een groter publiek, zodat men deze zonder afspraak en begeleiding zou kunnen bezoeken.






afb 4
afb.4: Afval en sanering; deel van een infopaneel. Foto: Henk Vink


De oude vuilstort is geheel gesaneerd. Via een loopbrug is de groeve te
bezoeken en goed te overzien. Voor de jeugd is een “zandbak” waarin fossielen te vinden zijn.





De ijzeroer banken in de wand met daar boven de opgerolde zeilen waarmee men in de winter de wand bedekt om erosie tegen te gaan.
afb.5: De ijzeroer banken in de wand met daar boven de opgerolde zeilen waarmee men in de winter de wand bedekt om erosie tegen te gaan.


In de winter is de wand bedekt met zeilen om de erosie tegen te gaan. Bezoeken kunnen dagelijks gebracht worden van april tot en met oktober.
In de groeve zijn duidelijke panelen aanwezig die u uitgebreid informeren over wat er te zien en te weten is.






Nu dan de fossielen.


afb 6 A 
afb.6a: De meest voorkomende schelpen in de groeve: Aequipecten opercularis (Linné 1758). Afdruk in ijzeroer.
afb 6 B 
afb.6b:
Losse exemplaren.
Beide Coll. en Foto: Henk Vink

In het zand komen fossielen voor die ca. 2,5 miljoen jaar oud zijn. Het zijn de overblijfselen van dieren die in zee leefden.
Er wordt melding gemaakt van 28 soorten schelpen waarvan 23 bivalven (weekdieren met scharnierende schelpen) en 5 gastropoden (buikpotigen, slakken). Andere fossielen die aangetroffen worden zijn: Gaatjesdragers (eencelligen), Kreeftachtigen, Zeepokken, Mosdiertjes en de in Nederland zeer zeldzame Hartvormige zeeklit.
Je zou zeggen dat het de moeite waard is om eens een kijkje te gaan nemen, het kan nog net en de herfstvakantie komt er aan. Overigens; NIET om te verzamelen want dat is nl. voorbehouden aan wetenschappelijk onderzoekers en alleen op afspraak.

Ostrea sp. 
afb.7: Ostrea sp. Coll. en Foto: Henk Vink
Slakje. 
afb.8: Slakje. Coll. en Foto: Henk Vink
 

Kinderactiviteit.

Tot slot, naast het aardkundig- monument is de groeve ook een interessant natuurmonument en voor kinderen is er dus de “zandbak” met echte fossielen.

afb 9
afb.9: Foto: Henk Vink



Gebruikte literatuur

  • Swiers, R.J. “Tijdperken der voorweereld” 2001. De Meester van der
    Heijden-groeve in Nieuw-Namen. Uitg. Staatsbosbeheer.
  • Krul, H. “Stenen zoeken” derde druk 1972. N.V. W.J. Thieme +cie Zutphen.
  • Jansse, A. “Afzettingen WTKG” 22 (4) p. 67. 32 (4) p. 96-97.
  • Moerdijk, P. “Afzettingen WTKG” 31 (3) p. 72-73.
  • Wikipedia, internet encyclopedie
  • Informatiepanelen Meester van der Heijden-groeve.