P4110747uitsn-levend-versch-1500-x-220.jpg

Mineraal van de Maand: Linariet

In augustus 1985 verzamelde ik mineralen in Noord-Spanje. De omgeving van Berbes was een van de plaatsen die op het programma stonden vanwege de fluoriet. Bij Berbes waren een aantal open mijnen (groeves) maar er waren ook ondergrondse werken. In 1979 is de mijnbouw stil gelegd. De officiële mijn ingang was bereikbaar vanuit Berbes, maar er was een "achter ingang" via het strand van Playa de la Vega. Via deze laatste route kwam ik in de ontsluiting.

Ik deed een aantal vondsten van licht paarse fluoriet tot 1 cm grootte met kwarts, kleine kleurloze fluoriet kristallen op kwarts met bariet en kalksteen werden het meeste gevonden. Op een bepaalde plek vond ik veel azuriet met wat malachiet. Meestal waren het zeer dunne laagjes of rozet vormige plekjes van een paar millimeter doorsnede (zie foto 1). Op een gegeven moment vond ik een brokje steen waar op een, op het eerste gezicht, donker blauw fluoriet kubusje zichtbaar was tussen de modder die het stukje bedekte (zie foto 2). Al het materiaal werd mee naar huis genomen. Thuis werd alles verder uitgezocht en potentieel interessante specimen werden terzijde gelegd. Na een eerste reiniging was van het blauwe kubusje iets meer te zien en helaas bleek het beschadigd. Het stukje was nog niet erg schoon omdat de modder moeilijk verwijderd kon worden. Er schemerde aan de zijkant nog een beetje donkerblauw en de steen werd weer terug gelegd onder het motto: "Later nog maar eens goed schoonmaken en opnieuw beoordelen". Wel... dit laatste gebeurde pas na 31 jaar.

In 2016 pakte ik de doos waarin een deel van de Spaanse fluorieten en azuriet stukken werden bewaard en vond het blauwe kubusje weer terug. Ik besloot deze keer het stuk echt goed schoon te maken. Na een dag weken in een sopje, werd het stukje afgeborsteld en vervolgens in de ultrasoon reiniger geplaatst. Na drogen bleek het specimen echt goed schoon en werd het onder de microscoop gelegd. Direct werd het mij duidelijk dat de blauwe kubus helemaal geen fluoriet was. Een lood grijze massa werd omgeven door diep donkerblauwe kristalletjes (zie foto 3). Was dit ook azuriet? De kristalletjes zijn langgerekt van vorm en parallel gegroeid. Op een andere plek van de steen zat een stukje galeniet (zie foto 2), goed herkenbaar aan de kubusvormige splijting. De loodgrijze massa onder de blauwe kristallen had wel de kleur van galeniet maar er was geen splijting meer te zien. Het materiaal ziet er uitgeloogd uit (zie foto 4). Onder de blauwe kristalletjes zit een dun groen laagje.

Mijn conclusie is dat het blauwe mineraal ontstaan is doordat de galeniet gedeeltelijk is opgelost en de daarbij vrijkomende element lood gebruikt is voor het ontstaan van het blauwe mineraal. Het feit dat in de afzetting veel azuriet en malachiet aanwezig is, betekent dat ook het element koper aanwezig is. Een en ander leidt tot de conclusie dat de blauwe kristalletjes het mineraal linariet, PbCu2+[(OH)2|(SO4)] zou kunnen zijn.

Bewijs

Linariet is een mineraal dat door oxidatie ontstaat uit sulfidische lood en koper afzettingen (galeniet en chalcopyriet) onder invloed van zure omstandigheden. Chalcopyriet en galeniet komen in de fluoriet afzettingen van Berbes voor. Allemaal mooie theorie maar de diep blauwe kleur van de kristalletjes lijkt toch wel erg op die van azuriet. Om zekerheid over de determinatie "linariet" te verkrijgen, voerde ik de volgende test uit: Op een klein hoekje dat uit het zicht lag, werd een klein druppeltje verdund zoutzuur gebracht. Het blauwe materiaal reageerde direct en sloeg wit uit. Dit is een typische kenmerk voor het sulfaat mineraal linariet. Azuriet, een carbonaat mineraal, behoudt zijn kleur nadat er een beetje zoutzuur op is terecht gekomen.

Kortom, mijn vondst bestaat uit linariet. Feitelijk gaat het hier om een omhullings pseudomorfose van linariet naar galeniet. De oorspronkelijke kubische vorm van de galeniet is behouden gebleven terwijl het oppervlak omgezet is naar een ander mineraal.

Algemene gegevens

Linariet hoort tot de linariet-cheniet groep. Deze groep bevat naast linariet de volgende mineralen:

cheniet Pb4Cu(SO4)2(OH)6
munakataiet Pb2Cu2(Se4+O3)(SO4)(OH)4
schmiederiet Pb2Cu2(Se6+O4)(Se4+O3)(OH)4

Linariet heeft een hardheid van 2,5 en behoort tot het monokliene kristal systeem. Meestal vormt linariet prismatische kristallen. Die kristallen kunnen een grootte bereiken tot wel 10 cm. Ik heb dergelijke grote linariet kristallen nog nooit in werkelijkheid gezien. Meestal zijn de kristallen klein, vormen ze rozetten of samengegroeide korsten, zoals op mijn Berbes specimen. Het mineraal komt op heel veel plaatsen in de wereld voor. Waarbij Noord-Amerika wat bevoordeeld lijkt want daar zijn heel veel vindplaatsen.

linariet6
6) Linariet op cerussiet. Vindplaats Tsumeb, Namibië. Foto & collectie Marco Frigerio
linariet7
7) Linariet. Vindplaats: Grand Reef mijn, Laurel Canyon, Graham Co. Arizona, USA. Foto & collectie MIM Museum, Beirut

Uitgebreide informatie over de linariet-cheniet groep is te lezen op Mindat.org

Gebruikte bronnen

  • Minerals and their Localities, door J.H. Bernard en J. Hyršl; uitg. Granit
  • Handbook of Mineralogy, volume V, door Anthony, Bideaux, Bladh, Nichols uitg: Mineral Data Publishing, Tucson
  • Minerale, Bestimmen nach äußeren Kennzeichen, 3e druk, door Rupert Hochl; eitner e.a.; uitg. E. Schweizerbart’sche Verlagsbuchhandlung.